Antarctische ijskappen dunner dan gedacht

De dikte van de ijskap op Antarctica werd steevast overschat door eerder onderzoek, blijkt uit een nieuwe studie door de Ohio State University.

Het nieuwe onderzoek in Journal of Glaciology controleert voor twintig grote ijsplateaus de schattingen van eerdere studies met gedetailleerde radarmetingen. Daaruit blijkt dat de ijsplaten gemiddeld 6 procent dunner zijn dan wordt aangenomen - een gemiddeld verschil van zo’n 17 meter.

De eerdere schattingen waren globaal wat vrij correct, maar de nauwkeurigheid ervan varieert op lokale schaal sterk, bijvoorbeeld door valleien of kloven die te smal of te klein zijn om nauwkeurig in te kunnen schatten.

Centimeters maken verschil

Toch zijn de resultaten van het onderzoek significant omdat de ijsplaten een grote rol spelen bij het stabiliseren van de Antarctische ijskap, en daarmee van het complexe klimaatsysteem van de aarde, zegt Allison Chartrand, hoofdauteur van de studie. Zelfs de kleinste veranderingen aan de ijsplaten van Antarctica kunnen een grote bedreiging vormen voor kustgemeenschappen. Een paar centimeter verschil ervoor kan zorgen dat dikker ijs in de oceaan stroomt en kustlijnen zich met enkele meters terugtrekken.

Zelfs de kleinste veranderingen aan de ijsplaten van Antarctica kunnen een grote bedreiging vormen voor kustgemeenschappen.

‘Omdat de Antarctische ijskap zo groot is, kan een verkeerde inschatting van 1 procent van de snelheid waarmee ze smelt een zeespiegelstijging van centimeters of meters betekenen waar we dan geen rekening mee houden’, zegt Chartrand. ‘Het is dus heel belangrijk om zo nauwkeurig mogelijk te zijn.’

De belangrijkste conclusie van de studie is dan ook dat er meer en meer nauwkeurige gegevens nodig zijn om het verlies van de ijskappen op Antarctica beter te kunnen voorspellen.

‘Wat dit onderzoek echt aantoont, is dat we veel voorzichtiger moeten zijn met de aannames die we doen bij het schatten van de dikte van de ijsplaat, en met de manier waarop we rekening houden met onzekerheden en wat deze betekenen voor het eindresultaat’, zegt Chartrand.