Morgen beter: ontwerpen voor een nieuwe samenleving (1)

Hoge voedselprijzen, stijgende olieprijzen, eindige grondstoffen, de globale opwarming en de kredietcrisis… het zijn allemaal symptomen van een systeem in moeilijkheden. Van Noord tot Zuid worden experimenten opgestart voor een nieuwe aanpak.
  • Brecht Goris Casana, een modelwoning die toont dat "anders" ook trendy kan zijn Brecht Goris
We botsen op onze economische, ecologische en maatschappelijke grenzen. Via tal van wetenschappelijke rapporten sijpelt dat besef ook door bij beleidsmakers, bedrijfsleiders en maatschappelijke bewegingen, die werk willen maken van iets nieuws. Anders en beter. Een term in opgang om dat proces te vatten, is transitie: de overgang van de huidige naar een nieuwe samenleving, een maatschappij met een hoge levenskwaliteit maar tegelijkertijd een kleine ecologische voetafdruk, minder afhankelijkheid van olie en grondstoffen, en waarin men anders omgaat met tijd en ruimte.

De maatschappij van de toekomst


Half februari kondigde de Britse regering aan tegen 2020 tien klimaatneutrale steden te willen bouwen. Inspiratie hiervoor komt van pioniers als Hammarby (een gesaneerd industrieterrein ten zuiden van Stockholm), Vauban (een ecologische wijk met passiefhuizen en lokale werkgelegenheid op een vroegere militaire basis in Freiburg) en Eva-Lanxmeer (een ecologische wijk in Gelderland). Eerder dit jaar beloofden Costa Rica en olie-exporteur Noorwegen om tegen respectievelijk 2021 en 2030 CO2-neutraal te zijn.
Toen de Nederlandse regering zowat acht jaar geleden het vierde nationale milieuplan moest herzien, begonnen onze noorderburen met transitiemanagement in de politiek. De aanpak is er intussen doorgebroken om het beleid inzake mobiliteit, energie, landbouw, biodiversiteit en gebruik van natuurlijke hulpbronnen mee gestalte te geven. De bezieler van die aanpak is Jan Rotmans, verbonden aan de Erasmus Universiteit van Rotterdam en directeur van het Dutch Research Institute For Transitions (Drift). Al twintig jaar buigt Rotmans zich over hij wat ‘de kunst van het veranderen’ noemt.

Een nieuw tijdperk in


Vanuit Nederland waaide het transitiemanagement over naar Vlaanderen. In 2004 nam de dienst Leefmilieu, Natuur en Energie van de Vlaamse overheid het initiatief voor de transitiearena Duurzaam Wonen en Bouwen. Twee jaar later lag de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) aan de basis van Plan C, een transitiearena voor duurzaam materialenbeheer.
Eén van de inzichten van Plan C is dat de overheid de problemen niet meer alleen kan managen –vandaar ook de benaming. Business as usual (plan A), is geen optie. De oplossing overlaten aan de politiek en de bedrijfswereld (plan B) volstaat niet. Vandaar de noodzaak aan een Plan C waarin de overheid, de bedrijfswereld en de burgers het samen doen.
‘Verschillende functies in onze samenleving lopen vast’, zegt Michael Van Lieshout van Pantopicon, procesbegeleider van Plan C. ‘Het gaat over veel meer dan alleen peak oil en globale opwarming. Je hebt ook de grondstofschaarste, het mobiliteitsprobleem en nieuwe ziektes. Dat zijn de kogels die gaten schieten in ons systeem. De tijd is gekomen om een nieuw systeem te ontwerpen.’ Dat proces gaat niet zozeer over de vraag of een auto op biobrandstof dan wel op waterstof zal rijden. Het gaat over de vraag hoe we kunnen voorzien in onze mobiliteit. Sommigen vergelijken wat we nu meemaken met de overgang van jagers en verzamelaars naar landbouwers, of de overgang van de zeilboot naar de stoomboot –het begin was van de industriële revolutie.

Slinkende afvalbergen


Een kwart van de Europese CO2-uitstoot is afkomstig van de productie en verwerking van materialen, het transport niet meegerekend. Het grootste deel van de materialen komt bovendien van buiten Europa. ‘Het materiaalverbruik moet niet alleen drastisch krimpen, ook de energie die door het productieproces gejaagd wordt, moet omlaag. Bovendien zou het  mooi zijn als de grondstoffen meer gelokaliseerd zouden worden om de materiaalkringen in te korten.’ Dat was het uitgangspunt van OVAM, dat in 2006 onder impuls van Walter Tempst het initiatief nam voor een transitiearena voor duurzaam materialenbeheer. Jan Verheyen, communicatieverantwoordelijke van Plan C: ‘Al 25 jaar werkt OVAM aan een performant afvalbeheer, gericht op recyclage. We halen daarin ook goede resultaten. Maar afval ontstaat aan het einde van de keten. Wij willen een integrale aanpak, waarin we impact hebben op de hele materiaalstroom en kunnen ingrijpen van bij het begin. Daarvoor moeten we gewoon andere partijen erbij betrekken.’ In Plan C zitten afgevaardigden van de overheid samen met deskundigen uit de academische wereld, de bedrijven en maatschappelijke groeperingen.

Dromen met je ogen open


“Dematerialiseren”, ons grondstoffengebruik drastisch laten dalen, hoeft geen grauwe lijdensweg te zijn. Het kan een opluchting betekenen en het leven lichter maken, zo blijkt uit het toekomstbeeld van Plan C, een projectie die de groep maakte naar een grondstofarme samenleving in 2030. Het toekomstbeeld gaat van een samenleving met iPods over mensen die auto’s delen tot koelkasten die van kleur kunnen veranderen om zich aan het interieur aan te passen.
Om te evolueren naar zo een samenleving werden vijf paden of deelterreinen geïdentificeerd. Slim sluiten onderzoekt hoe alle grondstoffen en materialen die in een productieproces gebruikt worden na gebruik opnieuw als grondstof kunnen dienen. De schaarste voorbij ontwerpt nieuwe, intelligente materialen –denk aan de combinatie van gsm, computer en agenda, of de multifuntionaliteit van meubels, voertuigen of kleding. Tot uw dienst ontwerpt modellen voor leasen en lenen. We hoeven het allemaal niet zelf te kopen, op te stapelen, weg te werpen of te laten repareren. Groene chemie zoekt naar duurzame kunststoffen en de Wakkere samenleving ten slotte denkt na over hoe de gewone consument bij al die ontwikkelingen kan worden betrokken.
Koen De Maesschalck van Colruyt is één van de inspirerende figuren van Plan C. Hij ziet het opzet als een geweldige opportuniteit. ‘Het is met je gezicht naar de toekomst gaan staan en dromen met je ogen open.’ In 1990 lanceerde De Maesschalk een milieuprogramma voor Colruyt. De Maesschalck: ‘Ik heb nooit een contradictie ervaren tussen ecologie en economie. Door kostenbesparend te werken zijn wij het bedrijf van de laagste prijzen.’ Colruyt recycleert maximaal zijn eigen afval. Het gebruik van diepvrieskisten in plaats van kasten met glazen deuren levert een besparing van vier miljoen euro op. En door vrachtwagens en verpakkingen lichtjes om te bouwen, worden vijf miljoen kilometer per jaar uitgespaard. De Maesschalk noemt dat een kwestie van mindfullness: bewuster omgaan met de dingen en een andere houding aannemen tegenover alle materialen en goederen die gebruikt worden. Een mentaliteit van gebruiken in plaats van verbruiken. De Maesschalck:‘Een bedrijf heeft ook een maatschappelijke rol te vervullen en kan expertise aanleveren.’ Maar het is meer dan dat. ‘De evolutie van de mens komt neer op de ontwikkeling tot een autonoom wezen dat in een geïndustrialiseerde samenleving zichzelf kan behelpen zonder de groep nodig te hebben. Vandaag gaan we naar een evolutie waarin we de groep nodig hebben om ecologisch te overleven.’

Oude wijn in nieuwe zakken?


Is Vlaanderen klaar voor zo’n grote transformatie? ‘Vlaanderen is nooit sterk geweest in langetermijndenken’, merkt Michael Van Lieshout op. ‘Het eerste ruimtelijk structuurplan kwam er pas in 1996.’” Erik Mathijs van de werkgroep Wakkere Samenleving wijst op een ander fundamenteel probleem: ‘Lokaliseren van de economie gaat in tegen onze traditie. Vlaanderen is een logistieke draaischijf. Dat ombouwen, vraagt een mentaliteitswijziging, net als autodelen of minder vlees eten.’
Een andere moeilijkheid, aldus Mathijs, zijn de tegenstrijdige boodschappen die mensen over zich heen krijgen, zowel vanwege de overheid als de reclamewereld. ‘We moeten onze ecologische voetafdruk verkleinen, maar tegelijk blijft economische groei het prioritaire doel.’
Kritische stemmen vinden dat Plan C te veel focust op technologie en onvoldoende aandacht heeft voor de sociale dimensie. En dat terwijl de sociale dynamiek van Vlaanderen een positieve voedingsbodem zou kunnen zijn om te netwerken.
Het proces in Plan C is nog jong. De fase waarin het denkwerk zijn weg moet vinden in concrete experimenten moet nog komen. Sommigen vrezen dat de overheid de teugels te strak in handen zal willen houden. De overheid wordt vandaag immers vaak ervaren als een remmende factor voor een progressief ecologisch beleid, terwijl ze essentieel is voor het slagen van de transitie. Jan Verheyen van OVAM: ‘Voor ons gaat Plan C om een verkenning van wegen voor de toekomst. De experimenten als zodanig liggen niet in onze handen. Wel is zeker dat het spoor van duurzaam materialenbeheer in de toekomst alleen maar aan belang toeneemt. Wij willen dat zeker nog een tijdlang blijven steunen.’
KULeuven-onderzoeker en publicist Peter Tom Jones, die van het prille begin bij Plan C betrokken was, waarschuwt voor het lichtzinnig omspringen met asymmetrische machtsverhoudingen. In transitieprocessen zitten machtige actoren en kleine spelers samen rond tafel, maar hun stem weegt niet altijd even zwaar. In Nederland hebben grote spelers als Shell, Essent en Electrabel hebben het proces in transitiearena Energie overgenomen. De nichespelers, met kleine alternatieve bedrijfjes, zijn uitgerangeerd.

Reis naar het zuiden


‘Het unieke aan een transitiearena is dat hierin een groep mensen samen zitten die een visie uitstralen en een maatschappelijk gewicht vertegenwoordigen. Een groep mensen die door hun uitstraling kunnen bekomen dat baanbrekende en grensverleggende experimenten ruimte en kansen krijgen,’ stelt Michael Van Lieshout. Waar die experimenten naar leiden, is nog niet exact te zeggen. ‘Ik stel het voor als een reis naar het Zuiden. We zijn allemaal onderweg, maar weten niet of we uitkomen in Spanje, Italië of Griekenland. Ook niet in welk voertuig, of wanneer we aankomen. Onderweg evalueren we en stellen we bij. De weg is zeker zo belangrijk als de bestemming, want daarin ontstaat de interactie, leren we van elkaar en van de ervaringen.’ Of om het met Jan Rotmans te zeggen: ‘Het gaat om het samenspel tussen mensen en systemen. Vijf mensen kunnen het verschil maken. Koplopers, met een lange adem. Want het gaat om processen van tientallen jaren.’ 
Meer info over transitieprocessen :
www.transitie.be,
www.urgenda.nl
www.ovam.be/jahia/Jahia/pid/1607 
http://www.duwobo.be/
http://duurzaambouwen.lne.be

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Latijns-Amerika & ecologie
    Alma De Walsche schrijft over ecologische thema’s, van klimaat- en energiebeleid, over landbouw- en voedsel tot transitie-initiatieven en baanbrekers. Ze volgt al enkele decennia Latijns-Amerika, met een speciale focus op de Andeslanden.

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.