Regering trekt rookgordijn op rond identiteit terrorismeverdachten

Omdat een verzoek om de namen van de gearresteerden vrij te geven bij voorbaat vrijwel kansloos is, probeert het ADC nu hun nationaliteit te achterhalen. Volgens ADC-voorzitter Mary Rose Oakar is informatie over de etnische achtergrond belangrijk om na te kunnen gaan of de regering zich schuldig heeft gemaakt aan discriminatie op grond van afkomst, huidskleur, ras of godsdienstige overtuiging. De Amerikaanse Immigratie en Douanedienst (ICE) meldde in november dat drie databases met gegevens van immigranten zijn gebruikt voor de arrestaties in oktober 2004. Bekendmaking van de nationaliteit van de gedetineerden hindert het lopende onderzoek op geen enkele manier, zegt het ADC.

In 2001 probeerde het ADC samen met de American Civil Liberties Union (ACLU) via de Wet op de Vrijheid van Informatie (FOIA) de namen te krijgen van de duizenden mensen die na de aanslagen van 11 september gearresteerd werden. Tot nu toe weigerden de autoriteiten die namen vrij te geven. Het ministerie van Justitie weigert dat om veiligheidsredenen, zegt Laila Al-Qatami, woordvoerder van de ADC.

Na de aanslagen van 11 september benaderde de FBI ook Arabische en islamitische Amerikanen met de vraag of ze vrijwillig wilden meewerken aan ondervragingen. Hen werd tevens gevraagd om de autoriteiten binnen tien dagen op de hoogte te stellen van een verhuizing of een verandering van werkgever of onderwijsinstelling.

In Amerika is veel kritiek op de manier waarop de Amerikaanse autoriteiten het veiligheidsbeleid vorm geven. De inspecteur-generaal van het DHS heeft bevestigd dat gedetineerden onder slechte omstandigheden vastzitten. Ze zouden geen juridische bijstand krijgen en mishandeld worden. Een groot deel van hen zou het land uitgezet zijn.

Volgens David Cole, rechtsgeleerde aan de Universiteit van Georgetown en auteur van het boek Enemy Aliens, is preventieve detentie de kern van de Amerikaanse binnenlandse strijd tegen het terrorisme. In de eerste zeven weken na 11 september 2001 heeft het ministerie van Justitie bijna 1.200 mannen, bijna allemaal met een buitenlandse nationaliteit, gearresteerd, zegt hij. In de maanden en jaren daarna werden nog zo’n 5.000 buitenlanders gearresteerd. Niemand van hen werd veroordeeld voor terroristische activiteiten. Wel werden er zo’n honderd mensen veroordeeld voor (meestal kleine) overtredingen die geen relatie met terrorisme hadden. (JS/ADR)