Ongeduld over vredesproces in Kivu

Sinds de ondertekening van slotakte van de vredesconferentie kwam het steeds weer tot schermutselingen tussen Tutsistrijders van het CNDP (Congrès National pour la Défense du Peuple) van Laurent Nkunda, de Hutumilities van het FDLR (Forces démocratiques de libération du Rwanda), Mai-Maimilities (PARECO) en het Congolese regeringsleger (FARDC). De VN-missie Monuc heeft ook te horen gekregen dat de Mai-Mai kindsoldaten onder dwang rekruteren.
De uitvoering van het vredesakkoord verloopt erg moeizaam. Na gekibbel over de vertegenwoordiging van de verschillende groepen ging de Gemengde Technische Commissie voor Vrede en Veiligheid pas op 13 juni echt van start. De subcommissie voor humanitaire en sociale zaken, die zich het lot van de vluchtelingen aantrekt, werkt intussen gestaag verder.
De partijen die op 23 januari het vredesakkoord ondertekenden blijven elkaar verwijten maken. Het CNDP beschuldigt de Mai-Mai ervan samen te spannen met het FDLR, de Mai-Mai beschuldigen het regeringsleger van aanvallen tegen hun posities, enzovoort.

Maskerade

“Wij lijden het meest onder de situatie,” zegt Justin Mahoro, directeur van het vluchtelingenkamp Mugunga 1. “De gewapende groepen zeggen allemaal dat ze onze zaak verdedigen, maar terwijl ze onderhandelen, blijven ze vechten, in Masisi, in Rutshuru en zelfs in Zuid-Kivu. Die maskerade moet ophouden. Alleen als er vrede komt kunnen we terugkeren naar onze dorpen en akkers, in plaats van hier in kampen rond te hangen.
Michel Malimingi, student in Goma, begrijpt niet waarom het regeringsleger niet krachtdadiger optreedt. “Waarom legt het leger de vrede niet op? Wat voor zin heeft het een akkoord af te sluiten met opstandelingen die zich niet houden aan hun beloften, die soldaten blijven ronselen en nieuw gebied veroveren.”
Uit officiële hoek klinken meer optimistische geluiden. “Je moet erkennen dat de situatie op het terrein verbetert”, zei VN-vertegenwoordiger Alan Doss op Radio Okapi. Abbé Malu-Malu, die het vredesproces (‘Amani’ in het Swahili) voorzit, gaf op 8 juni toe dat het trager gaat dan verwacht. “Maar het grootste werk is gedaan, met afspraken over een kalender, over de plannen om de troepen te ontbinden en te doen opgaan in de bevolking en over de terugkeer van de vluchtelingen.”
“Hier en daar gebeurt er nog wel iets”, zei Doss. “We vragen aan iedereen zijn troepen in de hand te houden. Maar de mensen moeten niet overdrijven. Goma is niet mislukt en het vredesproces gaat verder.”
Malu-Malu waarschuwt diegenen die “de bevolking nodeloos doen lijden”; hij sloot zelfs stappen voor het Internationaal Strafhof niet uit. “Wie weigert de weg van de vrede te bewandelen, zal door de geschiedenis worden ingehaald.”
(InfoSud, vertaling: IPS)