Marteltechnieken Abu Ghraib inspireren folteraars in Egypte

Verschillende advocaten en mensenrechtengroepen onthulden dat de Egyptische Staatspolitie gevangenen uitkleedt. De Staatspolitie zou ook naakte gevangenen fotograferen of hiermee dreigen, en hen gedurende lange periodes blinddoeken en boeien, waardoor ze niet vijfmaal daags kunnen bidden. Hoewel het land een lange geschiedenis heeft wat betreft het schenden van mensenrechten, kwamen deze praktijken zelden voor, melden de groepen.

De advocaten en de mensenrechtengroeperingen waaronder El Nadim Center, het Hisham Mubarak Law Center en het Arabisch Netwerk Voor Mensenrechten Informatie wijten de uitbraak van gevangenisgeweld aan de gebeurtenissen in de Iraakse gevangenis, waarvan foto’s uitlekten naar de media en een schandaal veroorzaakten. Toen al waarschuwden mensenrechtenorganisaties dat het schandaal wereldwijd grote schade zou kunnen berokkenen aan mensenrechten. De ontwikkelingen in Egypte lijken die angst te bevestigen.

”Abu Ghraib heeft een rechtvaardiging gegeven voor martelpraktijken, niet alleen in het Egyptische veiligheidsapparaat, maar in het hele Midden-Oosten”, aldus secretaris-generaal Hafez Abu Seeda van de Egyptische Mensenrechtenorganisatie, een grote groep in Caïro,. ”We hebben gemerkt dat er veel meer gemarteld wordt dan vroeger. Volgens mij heeft Abu Ghraib martelpraktijken aangemoedigd.”

Mohammed Zaree, hoofd van het Mensenrechtencentrum voor Hulp aan Gevangenen en zelf het slachtoffer van martelingen in de jaren tachtig, zegt dat marteling op zich niet nieuw is. ”Nieuw is de mode om te verwijzen naar Abu Ghraib. De idee daarachter is dat de gevangenen het idee krijgen dat er geen hoop is, dat niemand over hen zal horen, net als in Abu Ghraib”, aldus Zaree.

De misstanden in Egypte kwamen eerder deze maand aan het licht toen de Egyptische politie 58 leden van het niet-gewelddadige Moslim-Broederschap arresteerde, de grootste oppositiegroep van Egypte, die ernaar streeft op vreedzame wijze een Islamitische staat op te richten in het land. Enkele dagen na de arrestatie bezweek een van de gevangenen, de 43-jarige Akram Zohiri, in de cel onder martelingen en een verslechterende gezondheid.
Zijn dood leidde in de Kamer tot vragen om een onafhankelijk onderzoek naar politiegeweld. De regering stemde in met een bezoek aan een gevangenis. Advocaten, mensenrechtenorganisaties en Kamerleden hoorden getuigenissen van gevangenen.

Een paar gevangenen, onder wie Hesham Dooh en Mahomd Zein el-Abideen, vertelden dat ze werden uitgekleed en gedwongen om minstens twee uur per dag rond te paraderen, geblinddoekt en met de handen op de rug gebonden. Sommigen zeiden dat ze naakt gefotografeerd waren. Een politieman dreigde el-Abideen dat zijn foto in zijn woonomgeving getoond zou worden om hem verder te vernederen, zodat hij zijn religieuze en politieke overtuigingen zou opgeven. Dooh zei dat hij driemaal drie uur lang naakt werd ondervraagd.

Volgens een klacht die een groep advocaten indiende bij de pasgevormde semi-officiële Egyptische Raad voor Mensenrechten, vertelde Abideen de procureur-generaal dat hij op verschillende lichaamsdelen, waaronder de geslachtsdelen, geëlektrocuteerd werd. Hij zei dat de politie termen gebruikten als ‘estakoza geven’, wat stond voor elektriciteit op hoofd, borst en rug - en de nieuwe code, ‘de Abu Ghraib manier’, wat inhield dat de soldaten stroom gebruikten op zijn penis en anus.

Internationale mensenrechtengroepen zeggen de ontwikkelingen in Egypte in de gaten te houden. De ontwikkelingen zijn bijzonder ironisch omdat de regering van de Verenigde Staten zegt dat de invasie van Irak nodig was om mensenrechten en democratie te brengen naar het Midden-Oosten, een regio waar al lang dictators aan de macht zijn.