Iraanse regime heeft meerderheid bevolking achter zich

WorldPublicOpinion.org (WPO), een project van het zeer gerespecteerde Programme on International Policy Attitudes (PIPA) van de Universiteit van Maryland, ondervroeg duizend Iraniërs per telefoon.
Vier op vijf Iraniërs zeggen dat ze Ahmadinejad de legitieme president van Iran vinden. 62 procent heeft “veel vertrouwen” in de officiële uitslag van de verkiezingen op 12 juni, die Ahmadinejad al na enkele uren 62,6 procent van de stemmen gaf. Drie kwart van de Iraniërs noemt de beslissing van ayatollah Ali Khamenei, de hoogste leider van het land, om de verkiezingsuitslag te onderschrijven correct.
Acht op tien respondenten heeft vertrouwen in Ahmadinejad. De enquête laat ook een vertrouwen in de belangrijkste overheidsinstellingen van het land zien. Het ministerie van Binnenlandse Zaken, dat de verkiezingen georganiseerd heeft, heeft het vertrouwen van 72 procent en de politie van 83 procent van de Iraniërs. Acht op tien respondenten zei ook tevreden te zijn over de manier waarop de autoriteiten verkozen worden in Iran, een stijging met 22 procent ten opzichte van de WPO-enquête in februari 2008.

Angst voor represailles

Sommige Irandeskundigen wijten het grote vertrouwen in het regime aan de angst voor represailles, vooral na het harde optreden tegen de massademonstraties na 12 juni. “Als ik in Iran zou wonen en iemand belde me met die rechtstreekse vragen, dan zou ik zeer wantrouwig zijn om ze eerlijk en rechtstreeks te beantwoorden”, zegt Farideh Farhi, een Iraanse wetenschapper aan de Universiteit van Hawaï.
PIPA-directeur Stephen Kull merkt zelf ook op dat een op vier respondenten niet wilde vertellen voor wie ze gestemd hadden, een “extreem hoog aantal” dat “suggereert dat de mensen zich niet echt comfortabel voelden bij dit onderwerp”.

Als ik in Iran zou wonen en iemand belde me met die rechtstreekse vragen, dan zou ik zeer wantrouwig zijn om ze eerlijk en rechtstreeks te beantwoorden.

Wantrouwen tegen de Amerikanen

Volgens de opiniepeiling is twee derde van de Iraniërs voorstander van een herstel van de diplomatieke banden met de Verenigde Staten. Zestig procent vindt ook dat er ook onderhandelingen moeten komen tussen Teheran en Washington.
Maar het wantrouwen tegen de Amerikanen blijft groot. Volgens drie kwart van de ondervraagden willen de Verenigde Staten “de Amerikaanse cultuur opleggen aan de moslimsamenleving” en de controle behouden over olievoorraden in het Midden-Oosten.
Barack Obama kan op meer sympathie rekenen dan zijn voorganger George W. Bush maar dat neemt niet weg dat bijna zes op tien Iraniërs “geen enkel vertrouwen” hebben in de nieuwe Amerikaanse president. Volgens een gelijkaardig percentage heeft Obama “geen respect voor de islam”.

Gesprekken

Volgende maand moeten belangrijke gesprekken beginnen tussen Iran, de Verenigde Staten, de vier andere leden van de VN-Veiligheidsraad en Duitsland. Iran stelt een ruime agenda voor maar de regering-Obama heeft – met de steun van Frankrijk, Groot-Brittannië en Duitsland – duidelijk gemaakt dat ze op de eerste plaats paal en perk willen stellen aan Irans nuclaire programma.
Washington heeft aangegeven dat ze op zware economische sancties zal aansturen als de gesprekken geen merkbare vooruitgang geboekt hebben tegen begin volgend jaar.
Sommige Irandeskundigen hadden geopperd dat Ahmadinejad en Khamenei vlugger geneigd zouden zijn tot het sluiten van compromissen als gevolg van hun tanende binnenlandse populariteit na 12 juni. Andere analisten, vooral uit neoconservatieve hoek, vinden de onderhandelingen tijdverlies omdat het Iraanse regime nu zo onpopulair zou zijn dat hardere sancties tot zijn val zouden leiden.